In het gastcollege ‘A Test of Character’ staat de vraag centraal in hoeverre beleid en subsidiestromen vanuit de overheid het behoud en de omgang met erfgoed bepalen. Aan de hand van naoorlogse voorbeelden van grootschalige planning (de Noordoostpolder en de Westelijke Tuinsteden in Amsterdam) ontstaan vragen over wie zich ‘eigenaar’ van het erfgoed voelt én wie over middelen beschikt om daarnaar te handelen.
Welke verschillende strategieën past de rijksoverheid toe om het naoorlogse erfgoed met nationale uitstraling te behouden? Naast het creëren van bewustwording stuurt de overheid op handhaving door eigenaren door middel van het verkrijgen van erfgoedsstatus (monumentenlijst, UNESCO). Een ander middel is de inzet van subsidies om behoud mogelijk te maken.
Tegelijkertijd is er een strijd over van wie dat erfgoed nu eigenlijk is en hoe dat in de tijd verschilt. Erfgoed is immers een actief proces van vinden en maken. Behoud is daarin een middel, geen doel op zich. Maar zonder behoud, is het erfgoed vogelvrij.
Teun stelde deze en andere vragen aan de studenten Erfgoedstudies van de Vrije Universiteit. De theorie van het gastcollege staat deels omschreven in zijn essay ‘Erfgoed vinden, erfgoed maken’ dat als e-publicatie verscheen in Boekman Extra #8.